2012 Oost Vaardersplassen
De Oostvaardersplassen vormen een natuurgebied van zo'n 5600 ha (56 km²) tussen Almere en Lelystad in de Nederlandse provincie Flevoland. Het gebied is ontstaan na de drooglegging van de Flevopolders (1950–1968) en dus relatief jong. De Oostvaardersplassen zijn van internationaal belang als moerasgebied en overwinteringsgebied voor vogels. Het gebied is ruwweg in twee gedeelten te onderscheiden: een nat (ca. 3600 ha) en een droog (ca. 2000 ha) gedeelte. Het droge gedeelte wordt gezien als een geschikte habitat voor grote grazers. Het gebied maakt deel uit van het in 2018 opgerichte Nationaal Park Nieuw Land. Het gebied is beperkt toegankelijk voor bezoekers en geniet wettelijke bescherming. Het is vrijwel geheel aangewezen als Vogelrichtlijngebied (5505 ha) en Staatsnatuurmonument (5600 ha). Sinds 1999 is het natuurgebied voorzien van het Europees diploma voor Natuurbeheer, een erkenning door de Raad van Europa die iedere vijf jaar wordt geëvalueerd. In 2009 zijn de Oostvaardersplassen definitief aangewezen als Natura 2000-gebied. De Oostvaardersplassen worden beheerd door Staatsbosbeheer. In het gebied leven uitgezette runderen, paarden en edelherten. Deze grote planteneters of hun verwante voorouders worden geacht ook in het verre verleden in Nederland te zijn voorgekomen en mede vorm te hebben gegeven aan het landschap. Men probeert deze zogenaamde grote grazers in dit natuurgebied op een "volledig natuurlijke manier" te laten leven, waarbij bijvoorbeeld kadavers van dode dieren blijven liggen en de dieren ook bij grote voedseltekorten niet worden bijgevoerd. Dit voor Nederland bijzondere beheersexperiment heeft verschillende malen tot discussie geleid. In december 2016 heeft de Rijksoverheid de verantwoordelijkheid voor het beheer van de Oostvaardersplassen overgedragen aan de provincie Flevoland.